De Huizen van Oranje en Nassau

Heraldische Wapenboeken
Vlag BelgieVlag NederlandGouden KroonGouden KroonVlag LuxemburgVlag Duitsland
Bronvermelding

Heraldische Wapenboeken

Heersers en Vergaderingen Gulden Vlies

In de loop der eeuwen is de van origine Franse! Orde van het Gulden Vlies, door diverse belangrijke Koningen, Keizers en Aartsbischoppen voorgezeten. Hieronder vindt men een lijst van uitsluitend Algemene Heersers van de Orde van het Gulden Vlies. Daarna komen de onderscheiden Heersers van de Orden (Oostenrijk en Spanje) aan de beurt. De statuten van de Orde werden slechts enkele dagen (27 november 1431) voor de aanvang van de eerste Vergadering , te Lille door de grondlegger Filips de Goede, vrijgegeven. Bij de eerste zittingsdag van de Orde op 3 december 1431 te Rijssel (Lille) werden zij door de griffier van de Orde voorgelezen.

De opvolging van de chefs en soevereinen is sinds de instelling van de Orde niet onomstreden. Toen Karel II van Spanje op 1 november 1700 kinderloos overleed, en het Huis Habsburg in de Spaanse tak daarmee uitstierf, kwam daarover een diepgaand geschil. Filips V van Spanje uit het Huis Bourbon trad als universeel erfgenaam van zijn oud-oom in al diens rechten en hij nam ook de positie van "chef en souverein" van de Orde van het Gulden Vlies op zich. Voor de Duitse Keizer, de Habsburger Keizer Leopold I was het testament van zijn Spaanse verwant onaanvaardbaar. De Orde werd tussen 1555 en 1701 min of meer gedeeld door de twee Habsburgse Heersers. De Spaanse Koning was chef en soeverein, de Oostenrijks-Duitse Habsburgse Heerser deed voordrachten en vulde gewoontegetrouw een derde van de rijen der ridders. Op grond van artikel 65 van de statuten kon het bezit van de Orde alleen in de vrouwelijke lijn op Filips van Bourbon vererven wanneer er in het Huis Habsburg geen mannelijke afstammelingen in directe lijn meer waren. Keizer Leopold I was wel degelijk zo'n afstammeling.

Orde van het Gulden Vlies (1430 - 1701)


Grondlegger Orde van het Gulden Vlies, Filips de Goede. Karel de V. Filips III en Karel II.

2.1 - Philippe le Bon, duc de Bourgogne, chef et souverain de l'Ordre - (1er Bourgogne [1430-1467])
2.2 - Charles le Téméraire, duc de Bourgogne, chef et souverain de l'Ordre - (2e Bourgogne [1467-1477])
2.3 - Maximilien, archiduc d'Autriche, chef et souverain de l'Ordre - (1er Habsbourg [1478-1491])
2.4 - Philippe le Beau, archiduc d'Autriche, chef et souverain de l'Ordre - (2e Habsbourg [1491-1506])
2.5 - Charles Quint, archiduc d'Autriche, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre - (3e Habsbourg [1506-1555])
2.6 - Felipe II, archiduc d'Autriche, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre - (4e Habsbourg [1555-1596])
2.7 - Felipe III, archiduc d'Autriche, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre - (5e Habsbourg [1596-1621])
2.8 - Felipe IV, archiduc d'Autriche, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre - (6e Habsbourg [1621-1665])
2.9 - Charles II, archiduc d'Autriche, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre - (7e Habsbourg [1665-1700])

In 1701 en 1702 erkenden de elf Zuid-Nederlandse vliesridders Filips als hun meester. Filips beschikte ook over de archieven en de kostbare schat van de Orde die in Brussel werd bewaard. De oorlog die uitbrak tussen Oostenrijk en haar bondgenoten Engeland en Nederland enerzijds en Frankrijk, Beieren en Oostenrijk anderzijds, de "Spaanse Successieoorlog", ging in eerste instantie over territoria. Pas in 1703 maakte de tot Karel III van Spanje uitgeroepen Aartshertog Karel van Oostenrijk aanspraak op de positie van chef en soeverein van de Orde van het Gulden Vlies. Drieëndertig vliesridders erkenden Karel en werden daarop door Filips uit de Orde gezet. De Oostenrijkers gaven daarmee te kennen dat zij de soevereiniteit over de Orde verbonden aan de erfopvolging binnen het Huis Habsburg verkregen, dan was niet Aartshertog Karel maar zijn vader Keizer Leopold I de pretendent geweest.

Toen Leopold I op 5 mei 1705 stierf werd Aartshertog Jozef de nieuwe Habsburgse heerser. Jozef regeerde tot 17 april 1711 en maakte geen aansprak op de soevereiniteit over de Orde van het Gulden Vlies. Aartshertog Karel benoemde als Koning van Spanje pas in november 1707 eerst een schatmeester en een wapenkoning en liet zich na de dood van zijn broer en zijn verkiezing tot Keizer van het Heilige Roomse Rijk 12 oktober 1711 tot chef en soeverein van het Gulden Vlies uitroepen. Dat geschiedde op 8 januari 1712. Op 9 januari 1712 werden 21 nieuwe Ridders benoemd. Bij de Vrede van Utrecht in 1713 konden Spanje en Oostenrijk het niet eens worden over aanspraken betreffende de Orde. De partijen kwamen wel overeen dat de Zuidelijke Nederlanden Oostenrijks werden. Voorts dat de Ordeschat in Brussel met het gebied in Oostenrijkse handen zou vallen.

l'Ordre de la Toison d'Or - Spaanse afdeling Orde van het Gulden Vlies (1701 - xxxx)


Filips V. Karel III. Alfonso XII en de huidige Grootmeester van de Spaanse Orde van het Gulden Vlies, Filips VI.

3.1 - Philippe V, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (1er Bourbon [1701-1724])
3.2 - Louis Ier, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (2e Bourbon [1724-1724])
3.3 - Philippe V, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (1er Bourbon [1724-1746])
3.4 - Ferdinand VI, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (3e Bourbon [1746-1759])
3.5 - Charles III, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (4e Bourbon [1759-1788])
3.6 - Charles IV, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (5e Bourbon [1788-1808])
3.7 - Ferdinand VII, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (6e Bourbon [1808-1833])
3.8 - Isabelle II, reine d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (7e Bourbon [1833-1868])
3.9 - Francisco Serrano Dominguez, duque de la Torre, régent de l'Ordre Espagnol [1868-1870]
3.10 - Amédée I de Savoie, duc d'Aoste, roi d'Espagne (interrègne maison de Savoie) [1870-1873]
3.11 - Alphonse XII, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (8e Bourbon [1874-1885])
3.12 - Alphonse XIII, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (9e Bourbon [1886-1941])
3.13 - Don Juan de Borbón, comte de Barcelone, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (10e Bourbon [1941-1964])
3.14 - Juan Carlos Ier, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (11e Bourbon [1964-2014])
3.15 - Filipe VI, roi d'Espagne, chef et souverain de l'Ordre Espagnol - (12e Bourbon [2014-])

In de instructie aan de Oostenrijkse gezant Graaf Windischgrätz stipuleerde Wenen dat de Orde van het Gulden Vlies alleen maar aan de Spaanse Koningen had toebehoord omdat deze Habsburgers Heer der Nederlanden en de oudste erfgenamen van Maria van Bourgondië waren geweest. Deze redenering steunt op art. 65 van de statuten van de Orde van het Gulden Vlies. In 1721 protesteerde Keizer Karel VI in Londen tegen de benoeming van de vliesridders die door Filips waren benoemd. Op 30 april en 1 mei 1725 kwamen de diplomaten in Kamerijk tot een werkzame oplossing. De beide Vorsten, Karel en Filips, zouden beiden alle titels blijven voeren die zij al voerden. Daarbij behoorde in beide gevallen de aanspraak "chef en souverein" van de Orde van het Gulden Vlies te zijn. In 1740 stierf Karel VI zonder een zoon na te laten.

De pragmatieke Sanctie liet de Europese machten de opvolging van zijn oudste dochter Maria Theresia in alle landen van haar vader erkennen, maar ging op de aanspraken op de soevereiniteit over de Orde van het Gulden Vlies niet in. De Spaanse monarch Karel III zag zijn kans schoon om tegen het aantreden van een schoonzoon van de Keizer, Franz Stephan van Lotharingen, als de nieuwe chef en soeverein te protesteren. Franz Stephan werd in 1742 als zodanig geïnstalleerd. In 1748 protesteerde de Spaanse regering, opnieuw tevergeefs, tijdens de onderhandelingen die in de slordig geformuleerde Vrede van Aken resulteerden, overeenstemming te bereiken.

Maria Theresia was bereid om akkoord te gaan met een wederzijdse erkenning van de in Wenen en Madrid benoemde vliesridders. De onderhandelaar wilden tot een regeling in het verdrag komen maar in het uiteindelijke document werd de Orde van het Gulden Vlies niet genoemd. Het compromis was voor Spanje niet aanvaardbaar. In 1752 werden de aanspraken op het Gulden Vlies voor het laatst aan de onderhandelingstafel van de Vrede van Aranjuez besproken. Dat was de laatste maal dat de Orde onderwerp was van internationale onderhandelingen.


Karel VI. Joseph II. Franz Joseph I en de huidige Grootmeester van de Oostenrijkse Orde van het Gulden Vlies, Karl von Habsburg.

Orde van het Gulden Vlies - Oostenrijkse afdeling Orde van het Gulden Vlies (1701 - xxxx)

4.1 - Charles VI, archiduc d'Autriche, empereur des Romains, chef et souverain de l'Ordre Autrichien - (8e Habsbourg [1701-1740])
4.2 - François I de Lorraine, empereur des Romains, chef et souverain de l'Ordre Autrichien - (9e Habsbourg-Lorraine [1740-1765])
4.3 - Joseph II, archiduc d'Autriche, empereur des Romains, chef et souverain de l'Ordre Autrichien - (10e Habsbourg-Lorraine [1765-1790])
4.4 - Léopold II, empereur germanique et archiduc d'Autriche, chef et souverain de l' Ordre Autrichien - (11e Habsbourg-Lorraine [1747-1792])
4.5 - François II, empereur d'Autriche, chef et souverain de l'Ordre Autrichien - (12e Habsbourg-Lorraine [1792-1835])
4.6 - Ferdinand Ier, empereur d'Autriche, chef et souverain de l'Ordre Autricihen - (13e Habsbourg-Lorraine [ 1793-1875})
4.7 - François Joseph I, empereur d'Autriche, chef et souverain de l'Ordre Autrichien - (14e Habsbourg-Lorraine [1848-1916])
4.8 - Otto von Habsburg, chef et souverain de l'Ordre Autrichien - (15e Habsbourg-Lorraine [1916-2007])
4.9 - Karl von Habsburg, chef et souverain de l'Ordre Autrichien - (16e Habsbourg-Lorraine [2007-])

Vergaderingen Orde van het Gulden Vlies

1430 : Réunion inaugurale (Oprichtingsvergadering) - Bruges (Brugge)
1431 : Premier chapitre (1e bijeenkomst) - Lille (Lille)
1432 : Deuxième chapitre (2e bijeenkomst) - Bruges (Brugge)
1433 : Troisième chapitre (3e bijeenkomst) - Dijon (Dijon)
1435 : Quatrième chapitre (4e bijeenkomst) - Bruxelles (Brussel)
1436 : Cinquième chapitre (5e bijeenkomst) - Lille (Lille)
1440 : Sixième chapitre (6e bijeenkomst) - Saint Omer (Sint Omaars)
1445 : Septième chapitre (7e bijeenkomst) - Gand (Gent)
1451 : Huitième chapitre (8e bijeenkomst) - Mons (Bergen)
1456 : Neuvième chapitre (9e bijeenkomst) - La Haye (Den Haag)
1461 : Dixième chapitre (10e bijeenkomst) - Saint Omer (Sint Omaars)
1468 : Onzième chapitre (11e bijeenkomst) - Bruges (Brugge)
1473 : Douxième chapitre (12e bijeenkomst) - Valenciennes (Valencijn)

1430 : Église Saint-Donat de Bruges
1431 : Église Saint-Pierre de Lille
1432 : Église Saint-Donat de Bruges
1433 : Sainte-Chapelle de Dijon
1435 : Collégiale Sainte-Gudule de Bruxelles
1436 : Église Saint-Pierre de Lille
1440 : Église du couvent des Bénédictins de Saint-Omer
1445 : Collégiale Saint-Jean de Gand
1451 : Collégiale Sainte-Waudru de Mons
1456 : Grande église Saint-Jacques de La Haye
1461 : Abbatiale Saint-Bertin de Saint-Omer
1468 : Église Notre-Dame de Bruges
1473 : Église Saint-Paul de Valenciennes

1473: Brevet n° 0079 - Engelbert II von Nassau-Dillenburg, Graf von Nassau-Dillenburg-Dietz (°1451 +1504)

De Spaanse Koning heeft tijdens het moderniseren van de monarchie en de ontwikkeling van het constitutionele Koningschap in de 19e eeuw concessies moeten doen waar het zijn invloed op het decoratiestelsel betreft. De Spaanse regering heeft net als andere Europese regeringen de zeggenschap en ministeriële verantwoordelijkheid over de Spaanse Orden verkregen. Toch bezit de Orde van het Gulden Vlies in Spanje karakteristieken van een huisorde van de Spaanse Bourbons. De Koning en de Prinsen van het Huis Bourbon, ook in de tak Bourbon-Beide Siciliën, werden en worden veelal Spaanse vliesridders. De door Napoleon op de Spaanse troon gezette Jozef Bonaparte nam als Spaans Koning ook het grootmeesterschap van de Orde van het Gulden Vlies over. Zijn benoemingen werden, na zijn verdrijving en de restauratie van de Bourbons, geschrapt. De benoeming van de protestantse Hertog van Wellington was een doorbraak. Voor het eerst werd een protestant vliesridder.

Daarna werd de Orde van het Gulden Vlies in Spanje meer en meer een orde van verdienste die aan politici en zelfs aan niet-christenen zoals de Keizer van Japan werd verleend. De plechtigheden van de Orde zijn sinds de 19e eeuw vervallen. Koningin Isabella II van Spanje was als Spaans staatshoofd het enige vrouwelijke hoofd van de Orde van het Gulden Vlies. Na haar val, tijdens de Eerste Spaanse Republiek, werd de president geacht grootmeester van de Spaanse orden, waaronder de tot de staatsorden gerekende Orde van het Gulden Vlies te zijn. De verkozen Koning Amadeus I van Spanje uit het Huis Savoye was, als Spaans staatshoofd, van 1870 tot 1873 ook grootmeester en chef van de Orde van het Gulden Vlies. Hij benoemde enige Ridders. In 1873 werd de monarchie hersteld. Alfons XII van Spanje en Alfons XIII van Spanje waren grootmeester van de Orde van het Gulden Vlies


Keizer Maximiliaan van Oostenrijk. Filips de Schone. Keizer Karel V en Karel IV.
1478 : Treisième chapitre (13e bijeenkomst) - Bruges (Brugge)
1481 : Quatorzième chapitre (14e bijeenkomst) - Bois le Duc ('s Hertogenbosch)
1491 : Quinzième chapitre (15e bijeenkomst) - Malines (Mechelen)
1501 : Seizième chapitre (16e bijeenkomst) - Bruxelles (Brussel)

1478 : Église Saint-Sauveur de Bruges
1481 : Église Saint-Jean de Bois-le-Duc
1491 : Collégiale Saint-Rombauld de Malines
1501 : Église du couvent des Carmes de Bruxelles

(2 jaar! oud) 1501: Brevet n° 0110 - Charles de Luxembourg, Seigneur de Fennes (°1501 +1535)

1505 : Dix-septième chapitre (17e bijeenkomst) - Middelbourg (Middelburg)
1515 : Dix-huitième chapitre (18e bijeenkomst) - Bruxelles (Brussel)
1519 : Dix-neuvième chapitre (19e bijeenkomst) - Barcelone (Barcelona)
1531 : Vingtième chapitre (20e bijeenkomst) - Tournai (Doornik)
1546 : Vingt-et-unième chapitre (21e bijeenkomst) - Utrecht (Utrecht)
1555 : Vingt deuxième chapitre (22e bijeenkomst) - Anvers (Antwerpen)
1559 : Vingt troisième chapitre (23e bijeenkomst) - Gand (Gent)

1505 : Notre-Dame Abbaye de Middelbourg
1515 : Collégiale Sainte-Gudule de Bruxelles
1519 : Cathédrale Sainte-Eulalie de Barcelone
1531 : Cathédrale Notre-Dame de Tournai
1546 : Cathédrale Saint-Martin d'Utrecht
1555 : Cathédrale Notre-Dame d'Anvers
1559 : Cathédrale Saint-Bavon de Gand

De huidige Heerser van de Oostenrijkse Orde van het Gulden Vlies is Karl von Habsburg, Aartshertog van Oostenrijk en de huidige Heerser van de Spaanse Orde is Felipe VI, Koning van Spanje.

De Spaanse tak van de Orde van het Gulden Vlies

De Spaanse Koning heeft tijdens het moderniseren van de monarchie en de ontwikkeling van het constitutionele Koningschap in de 19e eeuw concessies moeten doen waar het zijn invloed op het decoratiestelsel betreft. De Spaanse regering heeft net als andere Europese regeringen de zeggenschap en ministeriële verantwoordelijkheid over de Spaanse Orden verkregen. Toch bezit de Orde van het Gulden Vlies in Spanje karakteristieken van een huisorde van de Spaanse Bourbons. De Koning en de Prinsen van het Huis Bourbon, ook in de tak Bourbon-Beide Siciliën, werden en worden veelal Spaanse vliesridders. De door Napoleon op de Spaanse troon gezette Jozef Bonaparte nam als Spaans Koning ook het grootmeesterschap van de Orde van het Gulden Vlies over. Zijn benoemingen werden, na zijn verdrijving en de restauratie van de Bourbons, geschrapt. De benoeming van de protestantse Hertog van Wellington was een doorbraak. Voor het eerst werd een protestant vliesridder.

Daarna werd de Orde van het Gulden Vlies in Spanje meer en meer een orde van verdienste die aan politici en zelfs aan niet-christenen zoals de Keizer van Japan werd verleend. De plechtigheden van de Orde zijn sinds de 19e eeuw vervallen. Koningin Isabella II van Spanje was als Spaans staatshoofd het enige vrouwelijke hoofd van de Orde van het Gulden Vlies. Na haar val, tijdens de Eerste Spaanse Republiek, werd de president geacht grootmeester van de Spaanse orden, waaronder de tot de staatsorden gerekende Orde van het Gulden Vlies te zijn. De verkozen Koning Amadeus I van Spanje uit het Huis Savoye was, als Spaans staatshoofd, van 1870 tot 1873 ook grootmeester en chef van de Orde van het Gulden Vlies. Hij benoemde enige Ridders. In 1873 werd de monarchie hersteld. Alfons XII van Spanje en Alfons XII van Spanje waren Grootmeester van de Orde van het Gulden Vlies.

Tijdens de Tweede Spaanse Republiek en het regentschap van Franco beschouwden de verbannen koning Alfons XIII van Spanje en zijn van de troon geweerde zoon de Graaf van Barcelona, zich als grootmeester en chef van de Orde van het Gulden Vlies. Zij waren zeer terughoudend met vijf benoemingen die, afgezien van Koning Boudewijn der Belgen alleen in familiekring plaatsvonden. Toenmalige Koning Juan Carlos van Spanje werd pas in 1977, twee jaar nadat hij in plaats van zijn vader de troon besteeg, door zijn vader als opvolger in al diens rechten en aanspraken erkend. Juan Carlosheeft sinds 1977 vijftien ridders benoemd. Daaronder is Prinses Beatrix der Nederlanden, de eerste vrouw die de keten van de Orde van het Gulden Vlies droeg. Koning Philips VI draagt een miniatuur van het juweel aan een smal rood lint om de hals. Het Gulden Vlies zelf is slanker dan de Oostenrijkse variant van deze Orde, de pootjes van het ramsvel komen bijna bij elkaar. Sinds 1995 is er geen Spaanse benoeming meer geweest.

De Oostenrijkse tak van de Orde van het Gulden Vlies


Ridders van de Oostenrijks Orde van het Gulden Vlies

Anders dan in Spanje is het Gulden Vlies in Oostenrijk en ook na de val van de val de monarchie steeds een los van de staat staand instituut gebleven. De orde werd door Oostenrijk na de Eerste Wereldoorlog dankzij de inspanningen van kanselier Arthur Polzer-Hoditz en de vliesridder en interim-kanselier Max van Hohenberg (1902-1962) als instituut en rechtspersoon in het internationale recht erkend. Frans-Jozef vond de ceremoniën en de rijke Ordekleding niet meer bij zijn tijd passen. Zo werden de kapittels, de missen en de plechtige installatie na 1852 achterwege gelaten. Ook het dragen van de beroemde potence met de wapens van de ridders en de beëdiging van de kanselier vervielen. De ridders werden, net als de ridders van de andere Orden, wèl bij de plechtige jaarlijkse processie op sacramentsdag verwacht. Daar droegen zij hun militaire- of hofuniformen. De vliesridders hoefden geen adelsproef te leveren.

Dat zou gezien de beperkte en hoog aristocratische kring ook overbodig zijn geweest. Het was gebruikelijk om een speciale kleine keten van het Gulden Vlies in de wieg van de zonen van de keizer te leggen. Andere aartshertogen werden rond hun 16e of 18e verjaardag in de orde opgenomen, maar het initiatief daarvoor berustte bij de keizer die daar soms van afweek. Het Gulden Vlies bleef ondanks deze versobering hoog in aanzien en de keizers hebben de orde als instrument gebruikt om de hoge adel en ook buitenlandse staatshoofden aan zich te binden. Koning George IV van het Verenigd Koninkrijk werd in juni 1814 met het Gulden Vlies gedecoreerd.

Toch werd deze protestantse Vorst nooit werkelijk vliesridder omdat hij als niet-katholiek niet tot de eedaflegging kon worden toegelaten. De 880ste vliesridder wordt in de "liste nominale" beschreven als ontvanger van de versierselen "à titre honoraire et sans être admis au serment". De Orde bleef steeds het karakter houden van een persoonlijke band tussen de chef van het Huis Habsburg en de Ridders, vrijwel zonder uitzondering Hongaarse magnaten en machtige edelen uit Bohemen, Italië en Oostenrijk. De bijzondere vertrouwensband werd verbroken door de Oostenrijks-Hongaarse Minister van Buitenlandse Zaken Graaf Ottokar Czernin von und zu Chudenitz. De politicus was op 16 augustus 1917 in de Ode van het Gulden Vlies opgenomen.

Keizer Karel heeft zijn Minister van Buitenlandse Zaken op deze wijze aan zich willen binden met een band, die tussen vliesridder enerzijds en soeverein en chef anderzijds, die de kille politieke en staatsrechtelijke band te boven ging. Graaf Czernin-Chudenitz heeft zijn meester en diens op vrede gerichte geheime diplomatie tijdens de Sixtus-affaire desondanks verraden. Het was een op Keizer Karel's sterfbed uitgesproken wens dat Czernin-Chudenitz uit de Orde gezet zou worden, een wens die zijn zoon Otto van Habsburg op 29 november 1996 vervulde. Na de val van de monarchie kreeg het Gulden Vlies in de Oostenrijkse obediëntie een steeds meer religieus karakter. De huidige Chef en Grootmeester Aartshertog Karel van Habsburg spreekt in dit verband over "tijdloze religieuze wereldbeelden, ridderlijke deugden, respect voor de katholieke Kerk en in het bijzonder de verering van Maria".

De Ridders werden in de kapel van Steenokkerzeel(B) in kapittels bijeen geroepen, droegen daar eenvoudige zwarte mantels met daarover de gouden keten en voerden de oude rituelen van de Orde weer uit. Daarbij werden zij bijgestaan door de officieren van de Orde. De schat en het archief werden met veel moeite voor de orde bewaard. Tijdens een kapittel wordt het laat-middeleeuwse gouden eedkruis ("Schwurkreuz") gebruikt. De Ridders offeren munten en kaarsen. Voor de overledenen, vertegenwoordigd door een "tumba", een tafel met daarop de keten en het wapen van de overledene, wordt gebeden. De Ridders luisteren ook naar een preek. De afgelopen jaren gebeurde dat in beslotenheid van de Abdij van Heiligenkreuz in Duitsland. Celebranten waren jarenlang Gregor Henckel Donnersmarck O. Cist. en Abt Bruno Platter, de Hochmeister" van de Duitse Orde.De bijeenkomst op St. Andreasdag vindt tegenwoordig jaarlijks plaats.