Majesteitelijk Vervoer
Ontmanteling Gouden KoetsDe Gouden Koets is ondergebracht in de 'Stichting Kroongoederen van het Huis Oranje-Nassau'(opgericht 1968), waarvan de voorzitter de 'Drager van de Kroon' is. Onderzoek heeft aangetoond dat het rijtuig aan restauratie toe is. De werkzaamheden gaan volgens de Rijksvoorlichtingsdienst minstens drie tot vier jaar duren. Vier onderdelen van de koets zullen worden aangepakt:het onderstel, de kast, de stoffering en de bok. Volgens de Opperstalmeester worden de kosten minimaal begroot op 1.2 miljoen. Dit bedrag komt uit de begroting van de Koning.
Hoogstwaarschijnlijk worden de restauratiekosten heel wat meer als wordt gekeken naar hetgeen er aan de Glazen Koets moest worden gedaan. Er zijn aardig wat meer onderdelen aanwezig dan op eerder genoemd rijtuig. Houtwerk is gescheurd en verrot en het trapleer dat gebruikt wordt op het opstaptrapje is echt aan verneuwing toe. Scheuren en openingen in o.m. de deurpanelen van het rijtuig en onder de ramen zijn zichtbaar, waardoor er vocht naar binnen kan. Hetgeen de binnenkant bepaald niet ten goede komt. Op het middenpaneel op de onderstaande foto is een breuk zichtbaar in de schildering, halverwege het raam en de onderkant, die horizontaal loopt.
Het mooie trapje dat dienst doet om in het vervoermiddel te komen is voorzien van fraai rood trapleer. Helaas, door het vele gebruik is het versleten, alsmede ook de constructie. Beiden dienen dus aangepast te worden en waar nodig vernieuwd te worden.
Een van de heikele zaken kan het dak van de Gouden Koets zijn. Dit bestaat uit tientallen onderdelen, beeldjes, wapens en lijsten. De beeldengroep er bovenop is een werk op zich. Het restaureren ervan evenzo. Daarvoor geldt dat meestervakmanschap minimaal een vereiste is.Over een jaar of vijf tot zeven kunnen we weer genieten van de Gouden Koets als de Koning er dan iets voor voelt om tegen die tijd, dit rijtuig op Prinsjesdag te gebruiken.
Het bijwerken van de beeldengroep die bovenop de Koets hebben gestaan heeft een andere kennis van zaken nodig van die van de Glasberliner. Het bedrijf Spijker dat ooit de Gouden Koets in elkaar heeft gezet, had kennis van zaken die uit die tijd stamde. Werknemers die gewoon in dienst waren van die ondermening. en hun vak uitoefenden. Tegenwoordig is die kennis van zaken niet simpelweg meer aanwezig. Veel daarvan is geen gebruik meer hedentendage. Het gebruik van die kennis is pittig in prijs. Alles wat zeldzaam is, is vaak duur in vergoedingen.
Een andere probleem is het herstellen van stiksel en aanverwante zaken. Het aloude stiksel dat de Gouden Koets al decennia lang siert, stamt uit de beginperiode van de Koets - het jaar 1898 - dient ook door slijtage, te worden vernieuwd. Het gouddraad heeft ook niet de tand des tijds doorstaan behoort te worden vernieuwd. Daarvoor dient men te zijn bij restauratieatelier Mösenbacher. Dit atelier werd in 1961 opgericht door Erika Mösenbacher en Barbara Susijn werkt er sinds 1995, als gespecialiseerd restaurareur voor schilderijen.
Nu lijkt het evident dat de restauratie van de Gouden Koets van een iets andere rangorde zal blijken te zijn dan die van de Glazen Koets. Er zijn meer onderdelen aan dit voertuig dan bij de eerste vernieuwing het geval was. Ook de beschilderingen die door Prof. v.d. Waay werden gemaakt vereisen een aanpak die niet binnen het programma van de Glazen Koets viel. De begroting van de restauratie van deze koets is volgens de opperstalmeester, uitgesproken tijdens een inteview en kennelijk met toestemming van de Regering gesteld op 1.2 miljoen euro en werd, gebaseerd op hetgeen men kennelijk voor de Glazen Koets kwijt was. Daarbij valt het aanschafbedrag van ƒ: 11.000,00 dat werd neergeteld, rond 1897-'98, in het niet bij deze restauratiekosten.
Bij het uit elkaar halen van het voertuig werden meer zaken geconstateerd dan men voor lief zou nemen. Het aanpassen van het houten skelet vereist ook het nodige vakmanschap en dat is niet iets wat even om de hoek gehaald kan worden. Integendeel, daarvoor is groot vakmanschap vereist en vaak is deze kennis een zeldzaamheid geworden. Immers bijna 120 jaar geleden gemaakt, is dit vakmanschap waarlijk uniek geworden. De prijs is er dan ook naar.
Als men bovenstaande schilderingen en anderen van de Gouden Koets wil bijwerken, heb je een van de besten, zoniet de beste nodig in het schildersvak. Meester-schilder Powels, de winnaar van de Nationale Schildersvak prijs 2015. Geen huis tuin en keukenschilder maar een die de centen die ervoor betaald dienen te worden meer dan waard is. Hij is een van de zeldzaamheden in dat onderdeel van het schildersgebeuren en was degene die ook het heeft geschilderd.
Bovenstaand een van de laatste opnamen van de Gouden Koets, gemaakt in 2016, voordat deze uit het publieke zicht verdween. Over ongeveer vijf of zeven jaar zal een hernieuwde Gouden Koets weer publiekelijk verschijnen. Misschien als vervoermiddel voor de Koning en de Koningin, misschien ook niet. De tijd zal dit leren.