Vorstelijke Mode
Vlag BelgieVlag NederlandGouden KroonGouden KroonVlag LuxemburgVlag Duitsland

Majesteitelijke Mode

Keizerlijke en Koninklijke Kroningsmantels Mode

De benaming Konings-, Keizers- en Kronings mantel zijn begrippen die in feite niet veel met elkaar te maken hebben. Alle dienen een verschillend doel.
Voor een Vorst, een Koning en een Keizer is het een symbool van hun wereldse macht maar voor de Kerkvorsten (Bisschoppen, Kardinalen en de
Paus) is het een indicatie van hun geestelijk macht en waardigheid. Dergelijke mantels werden en worden ook voor andere gelegenheden en
doeleinden gebruikt. Bijvoorbeeld voor Kroningen of Inhuldigingen (Koningin Beatrix's haar inhuldiging en eedsaflegging) - ook haar moeder en
grootmoeder droegen bij deze belangrijke gelegenheid de Kroningsmantel - en het maken van staatsieportretten alsmede begrafenissen.
Bij dat laatste lag de mantel van de overleden Vorst of Vorstin op de kist.


v.l.n.r. Koning Willem I, II en III met de Koningsmantels.

Willem Frederik van Oranje-Nassau (Den Haag, 24 augustus 1772 – Berlijn, 12 december 1843), Prins van Oranje-Nassau, was Vorst van Fulda
(1803-1806), Graaf van Corvey, Weingarten en Dortmund (1802-1806) en later als Willem I Soeverein Vorst van het Soevereine Vorstendom der
Verenigde Nederlanden (1813-1815), Koning der Nederlanden (1815-1840), Hertog van Luxemburg (1815), Groothertog van Luxemburg (1815-1840)
en Hertog van Limburg (1839-1840). Na zijn abdicatie nam hij de titel en naam Koning Willem Frederik Graaf van Nassau aan. Willem Frederik George
Lodewijk - Koning Willem II (Den Haag, 6 december 1792 – Tilburg, 17 maart 1849), Prins van Oranje-Nassau, was van 1840 tot 1849 Koning der
Nederlanden, Groothertog van Luxemburg en Hertog van Limburg. Hij werd ook bekend onder de bijnamen de Held van Waterloo en Slender Billy.

Willem Alexander Paul Frederik Lodewijk (Koning Willem III) (Brussel, 19 februari 1817 – Het Loo, 23 november 1890), Prins van Oranje-Nassau, was
van 1849 tot zijn dood Koning der Nederlanden, Groothertog van Luxemburg en van 1849 tot 1866 Hertog van Limburg. We hebben u al kennis laten
maken met de Kronings- en Koningsmantel van de Koningen Willem I en II der Nederlanden. Ook Koning Willem III bezat zo'n Koningsmantel.
Deze mantels werden ook gebruikt tijdens het vereiste poseren voor de Staatsieportretten. Daar de Nederlandse Vorsten niet worden gekroond
maar ingehuldigd, lijkt het correcter om eerder te spreken van een Konings- dan van een Kronings mantel.


v.l.n.r. Koningin Wilhelmina (18 jaar), Koningin Juliana tijdesn eedsaflegging en Koningin Beatrix met de Koningsmantels.

Overigens speelt in de Heraldiek de Kroningsmantel geen enkele rol van betekenis en is het Rijkswapen gelijk aan het Wapen van de Koning(in).
Kronen daarentegen wel, alsmede zwaarden, diersymbolen en kettingen van zeer bekende zoniet beroemde Orden, zoals de Orde van het Gulden Vlies.
De Kroningsmantel die Beatrix droeg en voor haar Kroonprinses Juliana, haar moeder en grootmoeder Wilhelmina, was in een zodanige staat
dat deze maandenlang in reparatie was. Afgeleverd in een eenvoudige houten kist, opgerold en jaren er niet uit geweest om te worden gelucht, was een
goede grond voor motten en bacteriën. Het fluweel en het hermelijnen bont was praktisch vergaan. U kunt zich voorstellen dat het meer dan een
lieve duit heeft gekost om deze weer in de staat terug te brengen daar waar het hoorde.

Maar niet getreurd, het herstel lukte wonderbaarlijk. Bij haar inhuldiging kon de Kroonprinses trots deze creatie - met veel genoegen, daar zij staat op
traditie - aan den volke tonen. De Kroningsmantel van Koning Willem I is dus de originele en helaas niet meer beschikbaar, wegens eerder genoemde
reden. Opgerold en simpelweg verpakt in een kist,was nu niet de meest voor de hand liggende bewaarplaats van zoiets kostbaars. Overigens kon
worden opgemerkt dat er - zeker in het Nederland ten tijde van de Koningen Willem I, II en III - weinig of geen verschil zat in de Kronings- of
Kroningsmantel.Wij zijn nu eenmaal niet een land dat zich krachtig staande houdt aan traditie's. Zeker op het gebied van het in stand houden van een
Koningshuis. Tenminste, tot nu toe nog wel!

Het dragen van bontgevoerde mantels die een Adellijke of bestuurlijke rang aangaven, was bijvoorbeeld in het Heilige Romeinse Rijk een traditie die
uitsluitend was voorbehouden aan Koningen en Keizers. Zij alleen werden in deze uitmonstering gekroond. Anders was het gesteld met de ook met
hermelijn gevoerde mantels van de Keurvorsten, Hertogen en Rijksgraven. Dat waren nu net geen Kronings- of Konings- maar Pronkmantels.
De ene nog fraaier dan de andere. Misschien onstond toen wel het spreekwoord: 'Elkaar de ogen uitsteken'. De Kroningsmantel in ons land is van
roodfluweel. Deze wordt slechts gedragen bij een inhuldiging. De mantel is afgezet en gevoerd met wit hermelijn bont en er zijn 83 met gouddraden
geborduurde leeuwen op aangebracht. Overigens het symbool van het Huis van Nassau, later het Geslacht Oranje-Nassau.

Engeland heeft er in feite voor gezorgd dat wij een Koninkrijk werden. Men had een antwoord klaar. Zij wilden van Nederland een bufferstaat maken
maken Frankrijk. De Britse minister Castlereagh kwam met het plan de monarchie terug te brengen en daarmee een versterkt land te creëren,
uitgebreid met de Zuidelijke Nederlanden. In 1813 werd Willem Frederik uit het huis Oranje-Nassau, zoon van erfstadhouder Willem V,
door de Britten voorzien van de titel soeverein Vorst der Verenigde Nederlanden. Op 2 december 1813 aanvaarde Willem deze titel.
Het voornemen tot het stichten van een nieuw koninkrijk werd op 9 maart 1814 in het verdrag van Chaumont vastgelegd.
Op 16 maart 1815 benoemdeWillem zichzelf zelfs tot Willem I, Koning der Nederlanden.


Koning Willem I bij zijn aantreden met zoon Kroonprins Willem II

Bij zijn inhuldiging als Soeverein Vorst op 30 maart 1814 in Amsterdam, droeg Willem Frederik, Prins van Oranje (Koning Willem I), een vrij korte
mantel die aan de voorzijde was voorzien van een brede strook wit bont. Vervolgens droeg hij bij zijn inhuldiging als Koning der Nederlanden op
21 september 1815 een veel grotere fluwelen mantel van een totaal ander model. Deze Kroningsmantel was voorzien van een hoog opstaand boord
(zie foto). Om dit schitterende sierstuk tesamen te houden, werd gebruik gemaakt van een fraaie juwelen gesp. Andere portretten van
deze Koning wekken de indruk dat er een knoop werd gebruikt. Of dat inderdaad het geval was, kon men niet achterhalen.
Er zijn te weinig portretten om het feitelijk vast te stellen.


Schitterende Kroningsmantels, Koningin Augusta von Preussen, George V Engeland en Frederik IV Koning van Preussen.

Al rondneuzende door Europa en aangrenzende gebieden kwam men de meest exotische kledij tegen. De ene mantel nog net even ietsje mooier dan
de andere. Verdient dat de naam mantel nog wel of zijn het modecreatie's in de ruimste zin van het woord waar de ontwerper en de maker
- binnen zekere grenzen - zijn gang kon gaan. Dat die lijnen wel degelijk afgebakend zijn, valt op te maken uit de benaming die diverse mantels
in de loop van de tijd kregen. Idem dito met de stof die ervoor werd en wordt gebruikt. Hermelijn is in maar als het niet financieel
kon gewoon zijde of lakense stof.


Prachtige Keizermantels in donkerblauw fluweel, Keizerin Anna van Oostenrijk met kinderen.

Boven en onderstaand een simpele verzameling van Koninklijke-, Keizerlijke-, Majesteitelijke-, Kronings- en Pronkmantels die ook werkelijk
door de persoon in kwestie zijn gedragen. De mantels hebben ooit toe behoord aan de Geslachten der Habsburgers (Oostenrijk), die van Hohenzollern
(Pruissen), van Mecklenburg-Schwerin (Mecklenburg-Schwerin) en dat van Saksen-Coburg-Gotha (Belgie) en Gotha (Engeland). In de loop van de
eeuwen zijn de meeste van deze schitterende Kronings- Konings-, Keizerlijke- en Pronkmantels verdwenen. Veelal door het vergaan van de stof of
door hergebruik voor andere kleding of ontwerpen. Enkele vindt men nog hedentendage in Musea, waar zij in volle glorie worden tentoongesteld
als eerbetoon aan allang verdwenen nazaten van beroemde en beruchte Geslachten.


v.l.n.r. Keizer Frans I van Oostenrijk, Koning Karel X van Frankrijk, Koning Lodewijk XIV van Franrkijk en Keizer Franz-Joseph I van Oostenrijk.

Het Duitse Keizerrijk uitgeroepen in 1870 bezat dergelijke Insigniën, zoals Konings-, Kronings-, Statiemantel en Kroon alsmede scepter of zwaard, niet.

Ook in Praag wordt een Kroningsmantel bewaard. De mantel stamt uit het begin van de 16e eeuw en werd door Keizer Ferdinand II, Koning van
Bohemen bij zijn kroning in Praag gedragen. Het is dezelfde die Ferdinand, als Keizer Frans I van Oostenrijk droeg. In 1836 droeg droeg zijn kleinzoon
Keizer Ferdinand III deze mantel bij zijn kroning. Daarna werd deze kroningsmantel niet meer gedragen. De twee laatste Oostenrijkse Keizers, ook
Koning van Bohemen, lieten zich niet kronen in Praag. De met hermelijn afgezette kroningsmantel is van gouddraad en heeft een ingeweven leliemotief.
Het is meer dan drie meter breed en heeft een lange sleep. De Beierse Kroningsmantel werd vervaardigd in 1806 bij het Blanchon Cortet te Lyon
in Frankrijk en was gezien zijn modische grootheid in het ontwerp, zijn tijd vooruit.