De Huizen van Oranje en Nassau

Vorstelijke Mode
Vlag BelgieVlag NederlandGouden KroonGouden KroonVlag LuxemburgVlag Duitsland
Bronvermelding

 Koninklijke Kleding  

Koninklijk Design

Door de Franse Revolutie kwam er abrupt een einde aan de overdadige versieringen van kleding. Vrouwen begonnen eenvoudige japonnen met korte mouwen. De vormloosheid van deze mode straalde ervan af. Als klap op de vuurpijl lag de taille heel hoog. Net onder de borsten. Vlak onder de buste en rond zeer wijd uitgesneden blouse, werd deze voorzien van een ingerimpeld lint. Doorzichtige stoffen als mousseline en tule waren in de mode. Na 1850 werden de rokken heel wijd. De onderrokken waren verstevigd met paardenhaar. De onhandigheid straalde van deze vorm van mode af. Men vond een oplossingen en de Tournure deed zijn intrede in het modebeeld. Dit was een rok die veel ruimte liet aan de achterkant, zodat de achterste van de vrouw werd benadrukt.

Ook was de hoepelrok in zwang, crinoline geheten. Een crinoline is een kledingstuk, dat door vrouwen vanaf de jaren '40 van de 19e eeuw gedragen werd om de vorm van de kleding een steeds wijdere ('vrouwelijker') klokvorm te geven. In de loop van de negentiende eeuw werd de mode voor de vrouw steeds smaller en strakker in de taille en wijder aan de onderkant. Om dit te bewerkstelligen werden steeds meer onderrokken of petticoat's gedragen, maar op den duur werd dit zeer zwaar. De oplossing was de crinoline, die onder de rokken werd gedragen. Een crinoline was een kooiconstructie van soepele stalen hoepels die van het middel naar beneden hing. Deze was veel lichter dan de vroegere petticoat's Sen de japonrokken, die dezelfde functie hadden.

Ze konden daarom enorme proporties aannemen. Grote hoeveelheden stof, vol met linten, strikken, stroken en bloemen waren er nodig om er modieus uit te zien. In een dergelijke rok ging ongeveer 40 meter zijde. Een erg belangrijk feit was de opening van het eerste Haute Couture huis in 1858 te Parijs. Dit werd gedaan door de mode-ontwerper Charles Frederick Worth. Charles Frederick Worth (1825 - 1895) was een Engelsman en grondlegger van de Franse haute couture. Na een opleiding van zeven jaar in de Londense textielbranche kwam Charles Frederick Worth als twintigjarige modeontwerper naar Parijs. Dertien jaar later, in 1858 vestigde hij met zijn Zweedse partner Boberg in de Rue de la Paix een eigen Haute Couture huis, dat hij vanaf 1871 alleen leidde.


De grondlegger van de Franse Haute Couture Charles Worth en mode a la Worth.

Worth was de eerste modeontwerper die tot sterstatus uitgroeide, doordat hij zijn kledingstukken als kunstwerken signeerde. Bovendien presenteerde hij één keer per jaar een nieuwe collectie en introduceerde hij zodoende de verkoopbevorderende constante van verandering in de mode, waarvan alle ontwerpers ook tegenwoordig nog profiteren. Worth was de eerste couturier die mannequins in plaats van paspoppen gebruikte voor de presentatie van zijn nieuwste modellen. Hij ontwierp de gekunstelde crinoline, de cul de paris en enkele snijtechnieken die tegenwoordig niet meer weg te denken zijn uit de modegeschiedenis.

Er werd op de wereldtentoonstelling in Parijs niet eens een nieuwe lijn gepresenteerd. De eigenlijke sensatie werd veroorzaakt door de optimistische zendingsdrang van de nieuwe couturiers, die zich allemaal oriënteerden op Worth. De ontwerper zelf was toen al vijf jaar dood. Worth had als eerste een Engelse kniptechniek met de Franse pracht en praal gecombineerd. Daarmee was hij de eerste echte couturier ter wereld die zich bekommerde om de Mode.

Wat is Mode

Mode is Frans (Latijn; modus) en betekent: manier of wijze.

Mode (ook het Engelse woord fashion wordt gebruikt) is de manier waarop kleding, leefstijlen en opvattingen of een bepaald taalgebruik (uitdrukkingen) op een bepaald moment in de tijd leuker worden gevonden. Ook specifieke kleding of een kledingstijl die wordt gedragen kan zo heten. Ook heeft het woord een meer avant-gardistische betekenis. Mode was vroeger dat wat 'voorgeschreven' werd door de modehuizen, maar tegenwoordig meer en meer een afspiegeling van op straat ontstane kledingstijlen die dan door de stijlbureaus en mode bedrijven opgepikt worden.

Belangrijke modecentra zijn onder andere Parijs, Milaan en New York, waar de belangrijkste ontwerpers hun creaties op de catwalk laten zien. De erkende haute couture shows vinden vrijwel alleen in Parijs plaats. Mode heeft vrijwel altijd bestaan. In de prehistorie was het wellicht niet zo belangrijk hoe men erbij liep. De Grieken en Romeinen kenden wel zeker al mode. Zij voegden individuele details en accessoires toe aan hun kleding. In de middeleeuwen had de adelen prachtige kleding, terwijl het gewone volk in lompen gehuld was. De stand waartoe men behoorde bepaalde de wijze van kleden. Bijgevolg kon men iemands sociale klasse en positie in de maatschappij aflezen aan de kleding. Deze code verviel na de Franse Revolutie. Door het wegvallen van een dwingende norm ontstond pas echt zo iets als mode in de vorm van een richtsnoer, een na te streven model. Ook het ontstaan van merkkleding is aldus te verklaren. Strenge kledingvoorschriften gelden nu nog in formele omgevingen (leger, politie, sommige bedrijven), zijn strikt bepaald door religies zoals bij de (Quakers, Joden en in de Islam-cultuur) en worden gerelateerd aan etnische minderheden.


Koningin Anna Pawlovna der Nederlanden (*1795 - †1865, Koningin Maria Hendrika van België (*1836 - †1902), Koningin Elisabeth van België (*1876 - † 1965) en Koningin Elisabeth van Engeland (*1926 - heden)

Bovenstaande foto's geven een impressie wat Koninklijke en Vorstelijke mode door de eeuwen heen inhoudt. We hebben gekozen voor 210 jaren diversiteit aan mode. U krijgt een indruk wat in deze periode aan mode tot stand gekomen is. Alle dames zijn zonder mankeren is staat geweest of nog in staat om zich Haute Courture aan te schaffen. Of zij dit doen, is vers twee. Koningin Anna Pawlowna gold in haar tijd als een van de rijkste, zoniet de rijkste vrouw, van de wereld. Een en ander kwam ook tot uitdrukking in haar kleding. Die was van hoge kwaliteit en met verve gemaakt door haar naaisters. In latere jaren kwam er een mode ontwerper aan te pas. Koningin Maria Hendrika van Belgie stond waarschijnlijk model voor de creatie's van Charles Worth, de eerste Haute Couturier ter wereld.

Het kenmerk van zijn mode was dat de derriere van de dames nogal opviel. Daarnaast waren blote schouders ook een modegril die hij vaak gebruikte bij zijn ontwerpen. Koningin Elisabeth van Belgie was zeer mode gevoelig en had een uiterst verfijnde smaak voor wat betreft kleding. Zij hield van kostbare stoffen en de meest fraaie ontwerpen. Hetgeen ook te zien is. De lijnen van haar jurk zijn elegant te noemen. Koningin Elisabeth II van Engeland is modetechnisch uitgesproken saai te noemen. Stabiliteit en ouderwets komt men in haar kleding tegen en meegaan met de mode is kennelijk niet aan haar besteed. Zij staat erom bekend haar ouderwetse mode ideeen door te drukken en tegen alle adviezen in, gewoon aan te trekken dat wat zij leuk en prettig vindt zitten. De enige tegemoetkoming die Elisabeth II doet, is het dragen van heel moderne hoeden.


Beatrix met diverse hoeden op, allemaal van Delvigne

Wat dat betreft, zit zij op een lijn met onze Vorstin. Koningin Beatrix der Nederlanden, daarentegen, is een moderne Vorstin die met haar tijd meegaat en verdraaide goed weet wat er in de wereld te koop is. Het zal dan ook niet verwonderlijk zijn dat de mode betreffende, de Majesteit ook weet wat zij wil. Veelvuldig laat zij zich adviseren door de ontwerpers. Altijd ziet zij er galant en verzorgd en draagt de Koningin vaak de nieuwste creatie's van Franse, Italiaanse en andere buitenlandse Haute Couturiers. Haar hoeden zijn redelijk bekend bij het grote publiek. De laatste jaren is de Vorstin van hoge hakken over gegaan naar de beter lopende lage schoenen, zonder die hoge hak.

Wat is Haute Couture

Haute Couture is het hoogtepunt van mode, ontworpen door modeontwerpers die voor een selecte markt werken. Er worden slechts één of soms enkele exemplaren van de kledingstukken gemaakt, die op maat worden gemaakt voor de drager ervan. Alle couture stukken worden dan ook met de hand gemaakt van de fijnste stoffen en met gebruik van de meest verfijnde technieken. Dit is dan ook het verschil met de zogenaamde prêt-à-porter of confectiekleding, mode die gewoon klaar is om te dragen, dus niet op maat. De prêt-à-porter is vaak een vertaling van de Haute Couture naar het dagelijkse leven: lange avondjurken, met soms extravagante details en stoffen worden als het ware 'draagbaarder'.

De Haute Couture is ontstaan in de tweede helft van de 19e eeuw doordat de Engelse couturier Charles Frederick Worth geen kleding maakte op verzoek van klanten, maar eigen collecties ontwierp. Die werden dan weer gepresenteerd aan rijke vrouwen die hun eigen stof toevoegden aan zijn ontwerpen. Vanouds komt de Haute Couture uit Frankrijk (Parijs), maar tegenwoordig steeds meer uit steden als New York, Londen en Milaan. Een modeontwerper die Haute Couture maakt, wordt Haute Couturier genoemd. Slechts een kleine groep modeontwerpers in Frankrijk mag zich Haute Couturier noemen. Daarvoor moet de ontwerper in kwestie benoemd worden door de Chambre Syndicale de La Couture. Zij kent de titel Haute Couturier slechts toe wanneer de ontwerper voldoet aan volgende voorwaarden:

Kleding moet in eigen ateliers vervaardigd worden.

In de ateliers moeten minimaal 20 personen werken.

Twee keer per jaar moet hun collectie gepresenteerd worden op de catwalk, met ten minste 50 verschillende, nieuwe kledingstukken per model.

De kleding moet getoond worden door ten minste 3 mannequins. Er moet een speciale ruimte zijn waar kleding aan vaste klanten getoond kan worden.

Haute Couturiers erkend door het Chambre Syndicale de La Couture

* Adeline André, * Giorgio Armani, * Coco Chanel, * Christian Dior, * Jean-Paul Gaultier, * Givenchy,* Anne Valérie Hash, * Christian Lacroix, * Elie Saab, * Dominique Sirop, * Franck Sorbier,* Valentino en * Viktor & Rolf.

De doelgroep die zich Haute Couture kan veroorloven is betrekkelijk klein. Daarbij komt het gegeven dat de meeste van bovenstaande huizen ook een prêt-à-portercollectie hebben die voor een breder publiek toegankelijk is. Hierdoor is het aantal Haute Couturiers de laatste jaren aanzienlijk gedaald. Enerzijds behoudt de Haute Couture hierdoor zijn exclusief karakter, anderzijds maakt dit de toekomst ervan wat onzeker. Nochtans blijft Haute Couture een kunstvorm waarmee de ontwerper kan experimenteren, waardoor het nooit volledig zal verdwijnen. De Haute Couture heeft daarbovenop namelijk ook een reclamefunctie voor het huis.


Koning Willem II der Nederlanden, Koning Leopold I van België, Prins-Gemaal Philip van Winsor (UK) en Prins-Gemaal Claus der Nederlanden.

Met betrekking tot de echtgenoten van eerder genoemde Koninklijke personen, valt er op modegebied niet veel te vertellen. Het is eigenlijk wat saai. Koning Willem II zag je alleen maar in uniform. Hetzelfde gold ook voor Vorst Leopold I van het buurland België. Koning Albert I van onze zuiderburen sloot zich daar kennelijk gaarne bij aan. Uniform-mode is gewoon niet aantrekkelijk genoeg voor de top van de Haute Couturiers. Neen, dan was Prins Philip, Hertog van Edinburgh en al jaren echtgenoot van Vorstin Elisabeth II van Groot-Britannie meer gewild bij de mode ontwerpers. Als je die in een pak kon steken, viel er wel eer aan te behalen. Alhoewel, van mode heeft hij totaal geen verstand. Trekt vrolijk een pak aan, voorzien van een stropdas en een pochet.

Nou, dat was het dan. In tegenstelling tot Prins Claus in zijn latere jaren, die de stropdas weg wierp. Buiten die aardige geste, was deze Prins der Nederlanden altijd correct - gelijk een heer - gekleed. Dat was de tijd waar hij leefde, die bepalend was voor de trant van de mode. Kijkende naar en Philip en Claus, kun je niet onttrekken aan de indruk dat beide dezelfde Couturier hebben of hadden. Dezelfde snit, dezelfde revers, ook een pochet. Het is er allemaal. In tegenstelling tot Claus, die echt geen militaristische neigingen had, was Philip - gelijk Prins Bernhard - gek op uniformen. In burgerkleding is de echtgenoot van Elisabeth II niet vaak aan te treffen. Althans niet op foto's. Je ziet hem eigenlijk alleen maar in uniform.


Prinses Beatrix en Koningin Máxima.

Wie en wat kleed nu onze Koningin Beatrix en de rest van de Oranje-Nassau's, zult u zich afvragen. Nou, we zijn eens gaan zoeken. Van de RVD moet je het dus niet hebben. Bekend zijn de namen van de Nederlandse Couturiers als Theresia Vreugdenhil die al meer dan veertig jaar de vaste ontwerpster was voor Koningin Beatrix. Frans Molenaar voor Prinses Margriet en Frans Hoogendoorn, Lidy de Joode en Ronald Kolk voor Prinses Irene. Naast de Nederlandse Couturiers hebben de Oranjes voor buitenlandse gelegenheden gebruik gemaakt van bijvoorbeeld een Balmain, Dior,Yves Saint Laurent en Valentino.

Langzaam maar zeker krijgen ook andere jongere mode-ontwerpers een kans bij de Prinses. Jan Taminiau, Tom Ford, Edouard Vermeulen en ga zo maar door. Zij maken ook topkleding de Haute-Courture die Máxima graag draagt. Allemaal hebben deze Haute Couturiers de Prinses als klant. Het is een heel goede reklame voor hun mode. Daardoor komen ook vele beroemdheden naar de jaarlijkse shows die zij geven. Kosten noch moeite worden daarvoor gespaard. Dat het effect heeft mag duidelijk zijn. Alom, zien wij Máxima showen met weer nieuwe ontwerpen van weer een andere designer.


v.l.n.r. Officiële foto Paleis Noordeinde, Keukenhof mei 2001, Utrecht oktober 2001 en Fotoshoot den Haag 2001. Kleding Naum Argentinië

Wat saillante voorbeelden van de mode van eerdergenoemde ontwerpers treft u hier boven aan. Máxima's kleding is voor een klein deel maar afkomstig van Graziela Naum uit Argentinie. Stuk voor stuk zijn het schitterende kledingstukken die recht doen aan degene die zij dragen. Mode kan namelijk ook verpestend werken als er geen stijl, kwaliteit en schoonheid in zit. Of zoals Prins Bernhard dit eens uitdrukte 'Het moetvrij zitten en niet als een lakei stram en strak je omhullen'. En Zijne Koninklijke Hoogheid was echt geen mode-expert. Het is natuurlijk voor elke Haute Couturier een grote eer als Hare Majesteit, de Kroonprins of zijn echtgenote Prinses Máxima en de kinderen hun interesse laten blijken voor een ontwerp van haar of zijn hand. Je kunt er praktisch zeker van zijn dat die creatie loopt als een trein. Dank zij het Hollandse saamhorigheidsgevoel, dat ook kennelijk het Koninklijk Huis heeft, komen de Nederlandse mode ontwerpers, - hoewel zij niet allemaal Haute Couturiers zijn - wel in aanmerking met hun fraaie producten. Oerhollandse modekennis, degelijkheid en kwaliteit zegeviert, zoals gebruikelijk!