De Huizen van Oranje en Nassau

Vorstelijk Verzamelen
Vlag BelgieVlag NederlandGouden KroonGouden KroonVlag LuxemburgVlag Duitsland
Bronvermelding

 Koninklijke Verzamelingen 

De drie Koningen

In november 2013 was het tweehonderd jaar geleden dat Nederland na inlijving bij Frankrijk zijn onafhankelijkheid herkreeg. De landing van de Prins van Oranje, de latere Koning Willem I in Scheveningen op 30 november 1813 zorgde ervoor dat Nederland weer een Koninkrijk werd. De terugkeer van deze Prins van Oranje in eerder genoemde maand in 1813 leidde uiteindelijk, op basis van een nieuwe Grondwet, tot zijn inhuldiging als Koning Willem I te Brussel in september 1815.

Onderstaande foto's zijn afkomstig uit de Koninklijke Verzamelingen, over de drie Koningen in de 19de eeuw:

Koning Willem I (1772-1843), Koning Willem II (1792-1849) en van Koning Willem III (1817-1890).


v.l.n.r. Koning Willem, Koning Willem II en Koning Willem III
Onder: J.B. van der Hulst (1790-1862), olieverf op paneel, 46 x 70 cm. De latere Koning Willem II en zijn gezin, met op de achtergrond het paleisje Tervuren bij Brussel, 1832. Van links naar rechts Prins Willem (de latere Koning Willem III), Prins Alexander, de Prins van Oranje, zijn vrouw Prinses Anna Paulowna, Prinses Sophie en Prins Hendrik.

Midden: Uitgave J. Easton, Salisbury, 1808, 17,5 x 21 cm. Een beschrijving van Stonehenge, een megalithisch monument uit de jonge steentijd in Engeland. Deze gids met afbeeldingen naar J. Britton gebruikte de latere koning Willem II toen hij tijdens zijn studiejaren Stonehenge bezocht. Het boekje wordt bewaard in de bibliotheek van het Koninklijk Huisarchief.

Rechts: Adolphe Conen, Amsterdam (1833-na 1880), fotografie en aquarel 41,5 x 29,5 cm. In 1863 werd een prijsvraag uitgeschreven voor een gedenkteken, "Monument 1813", ter ere van Koning Willem I. Met een ontwerp in neogotische stijl (geïnspireerd op het Albert Memorial in Londen) won architect Pierre Cuypers (1827-1921) de tweede prijs; het werd niet uitgevoerd. Op het voetstuk stond: Aan Nederlands Hoofd en Redder. Opgerigt door het Nederlandsche volk. Een model van het ontwerp werd omstreeks 1865 gefotografeerd, waarbij een achtergrond met bomen werd ingetekend. Het stel aan de voet van de sokkel geeft de verhoudingen weer.

Links: L. Moritz (1773-1850), olieverf op doek, 135 x 169,5 cm. Na de landing in Scheveningen op 30 november 1813 wordt de Prins van Oranje ontvangen in het huis aan het Lange Voorhout van de militair gouverneur van Den Haag, Leopold van Limburg Stirum. Met Van Hogendorp en Van der Duyn van Maasdam vormde Van Limburg Stirum het Driemanschap van 1813, dat na het vertrek van de Franse troepen het Voorlopig Bewind op zich nam.

Rechts: Vervaardiger onbekend (signatuur onleesbaar), tekening zwart en rood krijt, 9,5 x 11,8 cm. Koningin Willem I en Koningin Wilhelmina in een loge in de Muntschouwburg te Brussel, 1820. Tien jaar later brak hier na de opvoering van een nationalistische opera de Belgische Opstand uit, die leidde tot de afscheiding van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden en een onafhankelijke Belgische staat.

Links: W. Matla, Den Haag (1838-1869), foto 18,5 x 17,2 cm. Gedenkplaat uit 1863 ter gelegenheid van 50 jaar onafhankelijkheid van Nederland. Borstbeelden van de drie Koningen staan in een krans van oranjebloesem, met links en rechts de jaartallen 1813-1863. Onder het portret van Koning Willem I de namen van de leden van het Driemanschap van 1813 en van de opsteller van de proclamatie, waarbij erfprins Willem zich uitriep tot soeverein Vorst.

Midden: J.B. van der Hulst (1790-1862), olieverf op paneel, 46 x 70 cm. De latere Koning Willem II en zijn gezin, met op de achtergrond het paleisje Tervuren bij Brussel, 1832. Van links naar rechts Prins Willem (de latere Koning Willem III), Prins Alexander, de Prins van Oranje, zijn vrouw Prinses Anna Paulowna, Prinses Sophie en Prins Hendrik.

Rechts: Cornelis van Cuylenburg (II, 1758-1827), olieverf op paneel, 70 x 85 cm. De aankomst van de Prins van Oranje op het strand bij Scheveningen, 30 november 1813. Vanuit Engeland kwam hij na een barre tocht aan ter hoogte van Scheveningen. Een sloep bracht hem naar de kust, waarna hij met paard en wagen aan land kwam. Links is de kerktoren van Scheveningen te zien.


Boven: J.W. Pieneman (1779-1853), olieverf op doek, 576 x 836 cm, 1824. Het slagveld bij Waterloo, ten zuiden van Brussel, 18 juni 1815. Centraal de bevelhebber, de Hertog van Wellington te paard. Linksonder wordt de Prins van Oranje, de latere Koning Willem II, weggedragen. Hij raakte gewond aan zijn schouder. De Prins dankt zijn bijnaam "Held van Waterloo" aan zijn rol in deze veldslag.


Links: Vervaardiger onbekend, 21 x 45 x 35 cm. Deze "veldkantine" - een kistje met een reisservies - gebruikte de Prins van Oranje, later Koning Willem II, tijdens al zijn veldtochten. De inhoud bestaat uit zes zilveren bekers, messen, theelepels, lepels, vorken en borden, een zilveren trekpot, een theekistje, suikertang, melkkan en suikerpot, vijf wit porseleinen theekoppen en schotels en een zilveren olie- en azijnstel.

Midden: Willem, Koning der Nederlanden (1792-1849), pentekening, 8,0 x 16,5 cm. In 1811 verliet de latere Koning Willem II Engeland om in Spanje militaire dienst te nemen onder generaal Wellington. In die tijd hield hij een dagboekje bij. Daarin zijn een paar losse tekeningetjes van de hand van de Prins opgenomen, waaronder deze straatscène met een dansend paar.

Rechts: Jan Baptist Ghiesbregt (1787-onbekend), klokkenmaker te Brussel, 70 x 40 x 17 cm. Deze verguld bronzen pendule in empirestijl werd in 1825 vervaardigd voor het Koninklijk Paleis op de Dam te Amsterdam. Het uurwerk vormt een sokkel voor het ruiterportret van Koning Willem I. De wijzerplaat wordt geflankeerd door gekroonde leeuwen met een wapenschild met een W. Daaronder zit de Nederlandse maagd, omringd door zinnebeelden van de provincies met wapenschilden.

Links: Henri de Louw, Delft (1851-1944), foto 24,0 x 18,6 cm. Tijdens het jaarlijks bezoek aan Amsterdam verschenen Koning Willem III, Koningin Emma en Prinses Wilhelmina op het balkon van het Paleis op de Dam, 12 april 1887. De Koning was kort daarvoor zeventig jaar geworden, en dat werd gevierd. De Dam en Kalverstraat waren versierd en er was veel volk op de been, zoals deze foto laat zien.

Midden: Frederik Lodewijk Huygens (1802-1887), tekening potlood, pen en penseel in kleur, 28,7 x 37,6 cm. In 1847 legde Koning Willem II de eerste steen voor een buitenresidentie in Tilburg. Hij heeft er echter nooit gewoond; want hij stierf op 17 maart 1849, enkele weken voor de oplevering. Het gebouw werd aan de Gemeente Tilburg geschonken en doet tegenwoordig dienst als trouwlocatie.

Rechts: In 1859 schonk Koning Willem III zijn landgoed Bronbeek aan de staat, tot inrichting van koloniaal militair invalidentehuis. Tot op heden biedt het Koninklijk Tehuis voor Oud-Militairen veteranenzorg. In het museum Bronbeek staat het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger centraal. Deze foto is gemaakt rond 1865, kort na de ingebruikneming van het tehuis. De vlag op het gebouw is met de hand ingekleurd.

Links: Charles Rochussen (1814-1894), aquarel 20,5 x 31,6 cm. Koning Willem III ontving regelmatig kunstenaars en musici op Paleis Het Loo in Apeldoorn, waar hij graag verbleef. Hier is de Koning (rechts) in gesprek met de componist en pianist Franz Liszt (met lange jas), circa 1875. Liszt maakte deel uit van de jury die tussen 1873 en 1876 audities op het Loo beoordeelde.

Rechts: Vervaardiger onbekend..Verguld bronzen sigarenstandaard in de vorm van een locomotief, op 20 september 1839 geschonken aan de latere Koning Willem II bij de opening van de eerste Nederlandse spoorweg, aangelegd tussen Amsterdam en Haarlem.

Links: Aquarel door Isidore Patrois (1811-1884), 32,5 x 27,9 cm. Koning Willem III was een muziekliefhebber. Op deze aquarel van rond 1850 zit hij aan een tafel bij een band met de titel Zampa, mogelijk de opera van Hérold; zijn hand rust op bladmuziek getiteld Otello, waarschijnlijk de opera van Rossini.

Midden: Jan van Ravenswaay (1789-1869), olieverf op paneel, 21 x 15 cm. In 1847 schilderde Jan van Ravenswaay (1789-1869) dertien gezichtjes op Paleis Soestdijk en omgeving. Ze werden samengebracht in een verzamellijst. Dit paneeltje toont de Naald van Waterloo, een monument uit 1815, ter herinnering aan het optreden van de latere koning Willem II. Vanuit de vestibule van Paleis Soestdijk loopt een mooie zichtlijn naar het monument.

Rechts: Richard Dighton (1795-1880), aquarel, 27,8 x 20,7 cm. Dit portret en profil van Koning Willem III markeert een belangrijk moment in zijn leven. Het ontstond in 1849 in Engeland, waar hij verbleef toen zijn vader overleed. Als Prins was de 32-jarige Willem vertrokken, als Koning keerde hij terug in Nederland.


Rechts: H.F.C. ten Kate (1822-1891), aquarel 23,5 x 41,5 cm. Feest aan het hof: een gekostumeerd bal in de grote balzaal van Paleis Noordeinde, op 14 maart 1862. Koning Willem III staat rechts vooraan, in 17de-eeuws kostuum met hoed. Naast hem zit zijn eerste vrouw, Koningin Sophie.

Links: J. Ebbenhorst & Zoon, Soest, foto 47,5 x 36,6 cm. "Le Tilleul, repos de Guillaume II",1868. Bij deze oude lindeboom in het park achter Paleis Soestdijk stond een bankje, waarop volgens overlevering Koning Willem II graag verpoosde. De foto behoort tot een serie van de inrichting van het paleis en het park, waarmee de situatie van bewoning door Koningin Anna Paulowna na haar overlijden werd vastgelegd.

Midden: Vervaardiger onbekend, aquarel 30,0 x 38,0 cm. Bij de watersnood van 1861 werd de Bommelerwaard ernstig getroffen. Koning Willem III toonde zich zeer betrokken en bezocht de overstroomde gebieden. Dat kwam zijn populariteit ten goede. Deze aquarel was een nieuwjaarsgeschenk van Koningin Wilhelmina aan haar moeder Emma in 1920. "Vader bij den watersnood" schreef ze bij haar heilwens.

Rechts: Adolphe Conen, Amsterdam (1833-na 1880), fotografie en aquarel 41,5 x 29,5 cm. In 1863 werd een prijsvraag uitgeschreven voor een gedenkteken, "Monument 1813", ter ere van Koning Willem I. Met een ontwerp in neogotische stijl (geïnspireerd op het Albert Memorial in Londen) won architect Pierre Cuypers (1827-1921) de tweede prijs; het werd niet uitgevoerd. Op het voetstuk stond: Aan Nederlands Hoofd en Redder. Opgerigt door het Nederlandsche volk. Een model van het ontwerp werd omstreeks 1865 gefotografeerd, waarbij een achtergrond met bomen
werd ingetekend. Het stel aan de voet van de sokkel geeft de verhoudingen weer.

Links: Het sterfbed van Koning Willem II. Hij overleed in Tilburg op 17 maart 1849. Voordat het lichaam werd gekist, legde men het op een praalbed in de grote vestibule van het nieuwe Koninklijk paleis waarin Willem II zijn intrek had willen nemen.

Midden: Op 12 december 1843 stierf Willem I in Berlijn op 71-jarige leeftijd. Zijn stoffelijk overschot werd op 2 januari 1844 bijgezet in de Koninklijke Grafkelder in de Nieuwe Kerk in Delft waar ook zijn eerste vrouw al rustte.

Rechts: Koning Willem III overleed op 23 november 1890 op Paleis Het Loo in Apeldoorn. Op 1 december 1890 werd het stoffelijk overschot per trein naar Den Haag vervoerd. Op de tussenliggende stations werd soms een militair saluut gebracht en waren lantaarns met rouwfloers bekleed. In Amersfoort stopte de trein en werd een krans aangeboden, in Woerden klonk een treurmars en in Gouda klokgelui.