





Vorstinnen van Oranje en Nassau
Kinderen Beatrix en Claus der Nederlanden
Prins Johan Willem Friso
Prins Johan Friso Christiaan David van Oranje-Nassau, Graaf van Oranje-Nassau en Jonkheer van Amsberg, kwam ter wereld op 25-09-1968 in het
Academisch Centrum te Utrecht. Hij was de tweede zoon van het Koninklijk echtpaar Beatrix, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje etc. en
haar gemaal Prins Claus der Nederlanden, Jonkheer von Amsberg. De kleine Prins had belangrijke en beroemde peetouders.
Onder anderen Koningin Juliana
der Nederlanden, Kroonprins Harald van Noorwegen en Axel, baron Von dem Busshe-Streithorst,
een goede vriend van de helaas al
overleden vader Prins Claus.
Ook zijn jeugd op Drakensteyn verliep prettig en de vakantie's in Italië en Oostenrijk waren altijd heel gezellig. De Prins staat bekend als uiterst
sportief.
Johan Friso was, net als alle zoons, dol op hun vader en moeder. Zij vormden een heel hecht gezin. Prins Claus had altijd tijd voor zijn kinderen
en
ondersteunde hen waar het nodig was. Daarom kwam eigenlijk de klap ook zo hard aan toen vader Claus ziek werd en jarenlang met
zijn
gezondheid sukkelde. Het werd van kwaad tot erger en het overlijden van Prins Claus werd als een drama ondervonden.
Een stukje levensondervinding om niet meer te vergeten!Van jongsaf aan toonde Johan Friso weinig of geen enthouisasme over publieke verplichtingen.
Dat hij daar geen zin in had, bleek wel uit de uitspraak die als
kind al door de Prins was gedaan over zijn oudere broer Willem-Alexander.
'Je mag Alex wel in elkaar slaan maar niet doodslaan,
want
dan moet ik Koning worden'.
(l) Prins Johan Friso slapend bij moeder, (m) Friso met zijn ouders en (r) en Friso als peuter in de sneeuw
In 1986 behaalde Prins Johan Friso zijn VWO-diploma aan het Eerste Vrijzinnig Christelijk Lyceum te Den Haag. De Prins vertrok op 18-jarige
leeftijd naar Californië voor een Technische opleiding. Daarna deed hij tot 1988 de studie Mechanical Engineering aan de Universiteit van
Californië, Berkeley, waar hij zich aansloot Delta Kappa Epsilon broederschap. Een zeer elitair genootschap. Dat ging hem kennelijk bijzonder goed af
en hij herhaalde dit huzarenstukje ook in ons land. Terug in Nederland dwong hij ieders respect af door binnen zes jaren twee universitaire studie's
te voltooien, Lucht- en Ruimtevaarttechniek in Delft en Bedrijfseconomie in Rotterdam. Hij is dan Ir en Drs. Om zich voor te bereiden op de
mogelijkheid van opvolging van de troon, hij volgde cursussen in de Nederlandse wetgeving en de parlementaire geschiedenis.
Het leverde hem de bijnamen als 'de Briljante Prins' en "Prins Bolleboos' op.
In alle rust kon de 'Briljante' Prins van het studentenleven genieten. De pers had uitsluitend oog voor zijn oudere broer, Willem Alexander,
bijgenaamd "Prins Pils". Zijn studiebegeleider Prof. Ir. K. Smit beschreef Johan Friso bij het afstuderen als een harde en noestige werker waarop
het gezin van de Oranje's best trots kon zijn. Vervolgens kon hij jarenlang - met succes - onderduiken in de anonieme bankwereld.
Na een korte arbeidsperiode bij de Amsterdamse tak van de internationale management consultancy McKinsey(1995-'97) volgde hij een
Postdoctorale Business Administration-opleiding (MBA) bij het gerenommeerde Instituut Insead te Fontainebleau.
Een jaar later (1998) , trad hij in dienst bij de investeringsbank Goldmanen Sachs International in Londen, waar veel wordt betaald.
In april 2003 nam hij vrolijk ontslag alsVice-President Investment Banking. Een baan waarin hij lange dagen diende te maken en vrijwel
geen prive-leven meer over had door de werkdruk.
Sinds 01-03-2004 was de Prins part-time mede-directeur van Nederlandse Organisatie voor toegepast Wetenschappelijk Onderzoek (SPACE) te Delft.
Vanaf oktober 2006 werd Prins Friso Managing Director van het Londense kantoor van de particuliere investeringen en adviesbureau Wolfensohn &
Co (opgericht door James Wolfensohn, voormalig president van de Wereldbank). Prins Friso is een mede-oprichter van het MRI Centrum in
Amsterdam en is ook een van de oprichters/aandeelhouders van Wizzair, de grootste low-cost luchtvaartmaatschappij in Oost-Europa.
Prins Friso was erevoorzitter van het Prins Claus Fonds voor Cultuur en Ontwikkeling (een functie die hij tezamen uitoefende met zijn jongere broer,
Prins Constantijn). De Prins diende ook als directeur en commissaris van diverse bedrijven. Prins Friso laatste baan was die van Chief Financial Officer
voor een bedrijf van doet aan verrijking van uranium genaamd Urenco. Dit concern heeft zijn hoofdkantoor in Stoke Poges, Berkshire,
Verenigd Koninkrijk en hebben fabrieken in Nederland, Duitsland, Capenhurst herenigd Koninkrijk, en New Mexico in de Verenigde Staten
De maatschappelijk functie's van de Prins waren:
Erevoorzitter van het Prins Claus Fonds
Lid van van het College van Advies van de Stichting Christiaan Huygensprijs
Beschermheer van de Vereniging De Hollandsche Molen
Op 7 juli 2001 stond in de kranten de mededeling dat de tweede zoon van Koningin Beatrix omgang had met een aardige juffrouw die zich kennelijk
en hoogstwaarschijnlijk inliet - zoals de media dit aanduidden - met figuren uit de rand van onze samenleving. Aan de hand van onderzoeken en de
uitkomsten daarvan die door zowel, radio, televisie als de schrijvende pers werden gedaan en uitbundig naar buiten werden gebracht, bleek weldra wie
dat was. Een lid van het Koninklijk Huis had omgang een een zogenaamd 'gangsterliefje'. Een wat banale omschrijving van de vrouw in kwestie,
Mabel Wisse Smit. De bevolking in ons kleine landje stond ongeveer op zijn kop en een ieder wilde het fijne ervan weten. Op 07-07-2002 meldde
de Rijksvoorlichtingsdienst dat Mabel Wisse Smit tot de nauwe vriendenkring van de Prins behoort. Een understatement van de allereerste orde.


Mabel Wisse Smit en Prins Johan Willem Friso der Nederlanden (Prins Bolleboos)
Dat bleek later wel. Op 30-06-2003 verloofde hij zich met Mabel Wisse Smit. Zij raakte, door perspublicatie's, in het najaar van 2003 ernstig in
opspraak. Mabel zou relatie's hebben gehad met criminelen van het ergste soort. De naam van Klaas Bruinsma viel daarbij; helaas was die al in 1991 doodgeschoten.Het gevolg van al dat gedonder was, dat - in overleg met Premier Balkenende - Johan Friso hem verzocht de Toestemmingswet niet aan de
Staten-generaal voor te leggen. Hij verklaarde dat beiden wat naïef hadden gehandeld door niet alle informatie aan
de Premier ter hand te stellen.
Maar zoals het altijd in de Politiek gaat, houdt een ieder zijn straatje wel schoon. Zowel de Koningin als de beide jongelui waren niet blij met hetgeen
Balkenende had gedaan. Echter gedane zaken nemen - helaas- geen keer. De Rechten op de Troon waren voorgoed voor hen verloren. Dat de Prins
en zijn verloofde daar echt wakker van zou liggen viel te betwijfelen, maar toch... Op 24-04-2004 traden Prins Johan Friso en Mabel Wisse Smit in
het huwelijk. Consequentie was, dat hij geen lid meer was van het Koningshuis en tevens de titel verloor van 'Prins der Nederlanden'.

Verloving Mabel Wisse Smit met Prins Friso op 30-06-2003
Maar wie was nu eigelijk Mabel Wisse Smit. Mabel Martine Wisse Smit werd geboren als Mabel Martine Los, (Pijnacker, 11 augustus 1968) is een
Nederlandse econoom en politicoloog. Ze is gehuwd met Prins Johan Friso van Oranje-Nassau, de tweede zoon van Koningin Beatrix en Prins Claus.
Sinds haar huwelijk wordt zij soms ook wel aangeduid met Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Mabel van Oranje-Nassau. Wisse Smit prefereert zelf
met de achternaam van haar stiefvader aangesproken te worden al gebruikt zij voor haar Twitter-account wel de naam "Mabel van Oranje". Mabel
Wisse Smit is de oudste dochter van Henk Los en Flos Kooman. Ze heeft een jongere zus en een jongere halfzus uit het tweede huwelijk van haar
moeder, Eveline Wisse Smit die uitkomt als hockeyster voor het eerste dameselftal van de Amsterdamsche Hockey & Bandy Club en Jong Oranje.
Toen zij negen was, overleed haar vader tijdens een schaatstocht. Hij verdronk na een wak ingereden te zijn. Haar moeder hertrouwde met de
bankier Peter Wisse Smit en Mabel Wisse Smit nam later diens achternaam aan. Na haar eindexamen aan het Gemeentelijk Gymnasium Hilversum
studeerde ze economie en politieke wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam. Ze liep stage bij de Verenigde Naties, Shell, het ministerie
van Buitenlandse Zaken en de ABN AMRO, en studeerde cum laude af. Wisse Smit spreekt Engels, Spaans en Frans en leerde ook Slavische talen
voor haar werk op de Balkan. Tijdens haar studie toonde Wisse Smit interesse in de mensenrechtensituatie overal ter wereld. Na haar studie kreeg
ze een baan bij de Verenigde Naties in New York.
Daar specialiseerde ze zich in de Balkan. In 1995 was zij aanwezig bij de vredes-conferentie in Dayton Ohio en speelde ze een actieve rol
bij de totstandkoming van de akkoorden die een einde maakten aan de burgeroorlog in het voormalige Joegoslavië. Van 1994 tot 1997 werkte zij voor
de stichting European Action Council for Peace in the Balkans, waarvan zij ook medeoprichter was. De European Action, met onder meer Margaret
Thatcher, Simon Wiesenthal en Valéry Giscard d'Estaing als leden, was een non-gouvernementele organisatie die zich inzette voor vrede,
democratie en stabiliteit op de Balkan. In 1995 was Wisse Smit met Willemijn Verloop medeoprichter van War Child Nederland, dat zich inzet voor
kinderen in oorlogsgebieden. Zij had tot 1999 zitting in het bestuur.


In 1997 werd Wisse Smit directeur van het Open Society Institute in Brussel, een stichtingennetwerk van de Amerikaanse filantroop George Soros
dat bijdraagt aan het bevorderen van democratie, mensenrechten, de onafhankelijke rechtsstaat en het bestrijden van aids, in de ruimste zin van het
woord. De organisatie besteedt miljarden in Oost-Europa en ontwikkelingslanden. Tegenwoordig werkt Wisse Smit in de Engelse vestiging van het
Open Society Institute in Londen, waar ze op dit moment "International Advocacy Director" is. In deze functie coördineert ze de internationale
advocacy-activiteiten gericht op beleidsverandering; zowel langetermijnstrategie en financiën als korte termijnmaatregelen, zoals voor Birma.
Het Zwitserse World Economic Forum rekende haar tot de honderd "Global Leaders for Tomorrow". Wisse Smit is lid van het wereldwijde Forum van
Young Global Leaders, een denktank en lobbyclub die zich ten doel stelt mondiale problemen aan te pakken.Vanaf 1 juli 2008 is zij directeur van
The Elders, een club van "wijzen" in 2007. Dit was opgericht door Nelson Mandela, waarin verder onder anderen zitting hebben Desmond Tutu
(voorzitter), Kofi Annan, Jimmy Carter, Muhammad Yunus en Aung San Suu Kyi. Bij de bijzetting van Prins Claus op 15 oktober 2002
in de Nieuwe Kerk te Delft was Wisse Smit aan de zijde van Prins Johan Friso aanwezig, hoewel zij op dat moment officieel nog niet meer dan
"een goede relatie" van het Koninklijk Huis was. Op 30 juni 2003 werd haar verloving met Prins Johan Friso bekendgemaakt.
Die verloving had nogal wat voeten in de aarde en de media stortten zich fanatiek daarop.
Want wat bleek, beiden hadden kennelijk in strijd met de waarheid gehandeld bij het geven van de vereiste informatie aan de premier Balkeneinde
stelde nuchter vast dat het een en ander niet correct was. Daardoor gaf de Staten-Generaal geen toestemming voor het huwelijk.
Het gevolg van een en ander was dat Mabel en Johan Friso zonder toestemming van de Staten-Generaal gehuwd zijn, zijn hun kinderen uitgesloten van
troonopvolging. Het huwelijk vond plaats op 24 april 2004 in Delft. Het werd sober gevierd in verband met het overlijden van de grootmoeder van
Prins Friso, prinses Juliana, een maand eerder (20 maart). In de Oude Kerk in Delft zegende dominee Carel ter Linden
het huwelijk van Friso en Mabel in.
Getuigen van de bruidegom bij de kerkelijke inzegening waren zijn beide broers, zijn vrienden Lodewijk Beijst en Dante Weijerman en zijn
nichtje Sophie von der Recke (dochter van de jongste zus van Prins Claus). Wisse Smit had als getuigen in de kerk haar zussen Eveline en
Nicoline en haar vriendinnen Prinses Laurentien (die haar aan Friso had voorgesteld)., Willemijn Verloop (directeur van de Stichting War Child,
die het publiekelijk voor Mabel opnam in de Bruinsma-affaire) en Andrea Knap-Kleeman.



Gravin Luana(l), Prinses Mabel en Gravin Zaria (r)
Mabel Martine Wisse Smit:
Mabel Martine Wisse Smit, geboren Mabel Martine Los, (Pijnacker, 11 augustus 1968) is een Nederlandse econoom en politicoloog. Zij is de oudste
dochter van Hendrik Cornelis (Henk) Los (1944-1978) en Florence Malde Gijsberdina Kooman (1944). Ze heeft een jongere zuster en een jongere
halfzuster uit haar moeders tweede huwelijk, Eveline Wisse Smit, die uitkomt als hockeyster voor het eerste dameselftal van de Amsterdamsche
Hockey & Bandy Club en Jong Oranje. Toen Mabel negen was, overleed haar vader tijdens een schaatstocht. Hij verdronk na een wak ingereden te zijn.
Haar moeder hertrouwde met de bankier Peter Wisse Smit en Mabel Wisse Smit nam later diens achternaam aan. Na haar eindexamen aan het
Gemeentelijk Gymnasium Hilversum studeerde ze economie en politieke wetenschappen aan de Universiteit van Amsterdam
en studeerde daar cum laude af.
Ze liep stage bij de Verenigde Naties, Shell, het ministerie van Buitenlandse Zaken en ABN AMRO. Wisse Smit spreekt Engels, Spaans en Frans en leerde
ook Slavische talen voor haar werk op de Balkan. In de periode dat Wisse Smit voor de European Action Council for Peace in the Balkans werkte, reisde
zij veelvuldig naar Brussel, Den Haag, Wenen, Belgrado, Boedapest en het belegerde Sarajevo om de territoriale integriteit van Bosnië te bepleiten.
Volgens het Srebrenicarapport van het NIOD was Wisse Smit als een van de weinigen in staat het Nederlandse regeringsbeleid te beïnvloeden.
De vermeende topcrimineel Jotsa Jocić verklaarde tegen Vrij Nederland, dat de geheime dienst in Belgrado the "flying Dutch lady" (Wisse Smit) wilde
laten ontvoeren. De beruchte oorlogsmisdadiger Arkan zou de operatie moeten uitvoeren, maar het hoofd van de geheime dienst bedacht zich op het
laatste moment. Jocić' advocaat heeft de beweringen van zijn cliënt bevestigd. Wisse Smit heeft met de Servische Mensenrechtenactiviste Natasha Kandic
ernstige kritiek geuit op de benadering van Servië door de Raad van Europa en de Europese Unie. Zij deden dit in mei 2007 in een in het Servische blad
Politika gepubliceerd artikel, dat in Nederland overgenomen werd door NRC Handelsblad.
Wisse Smit noemde met Kandic de maand mei van dat jaar "een slechte maand voor de mensenrechten in Europa", omdat Servië voorzitter was geworden van de
Raad van Europa en omdat de Europese Unie had laten weten het overleg met Servië over een toetreding op termijn
te willen hervatten — zodra in Belgrado een hervormingsgezinde regering zou zijn gevormd. Wisse Smit en Kandic
herinnerden eraan, dat het Internationaal Gerechtshof oordeelde dat Servië het het bloedbad in Srebrenica in 1995
niet had voorkomen. Dit stuitte echter op kritiek bij het Europees Maatschappelijk Middenveld in Servië.
In een open brief gericht aan Wisse Smit schreef het, dat het opiniestuk het proces van, in dit pamflet, in vrijheid
blijven geloven, uitgegeven bij Querido, hield Wisse Smit een pleidooi voor vrijheid en democratie, haar "grote zorg".
Als International Advocacy Director bij de vestiging van het Open Society Institute in Londen, houdt ze zich daar
regelmatig mee bezig. Nadat in juni 2003 haar verloving met Prins Johan Friso was aangekondigd, kwam in de
openbaarheid dat Wisse Smit in de periode 1989-1990 bevriend was geweest met drugsbaron Klaas Bruinsma.
Dat Wisse Smit contact had gehad met Bruinsma was al in 2001 bekend bij de Binnenlandse Veiligheidsdienst,
die de toenmalige minister-president Wim Kok in augustus van dat jaar had gemeld dat zij "enige oppervlakkige
zeilcontacten heeft gehad met de heer Bruinsma". Omdat die contacten slechts oppervlakkig zouden zijn geweest,
zag Kok destijds geen reden tot ingrijpen. Het tijdschrift Quote schreef op 20 augustus 2003, dat Wisse Smit in haar
studententijd contact had gehad met Bruinsma. Via de Rijksvoorlichtingsdienst verklaarde Wisse Smit dat het ging
om een oppervlakkig contact, dat ze had verbroken toen ze begreep dat Bruinsma in de drugshandel zat.
In de uitgave van 30 september schreef het Algemeen Dagblad, dat Wisse Smit volgens een lijfwacht van Bruinsma
diens vriendin was geweest.
Op 2 oktober 2003 zond misdaadjournalist Peter R. de Vries in zijn televisieprogramma een interview uit met de tot
dan onbekende Charlie da Silva. Deze voormalige lijfwacht van Bruinsma verklaarde dat Wisse Smit meerdere malen
met Bruinsma zou hebben geslapen en dat hij het paar ontbijt op bed zou hebben gebracht. Tot Bruinsma's dood in 1991 zou Wisse Smit diens grote liefde zijn
geweest. Wisse Smit liet al voor de uitzending via de RVD een ontkennende verklaring uitgaan, maar gaf impliciet toe dat zij met Bruinsma veel langer
bevriend was geweest dan zij eerder had beweerd.

Op 5 oktober 2003 verklaarde Ottolien Lels via de Volkskrant dat zij, en niet Wisse Smit, een liefdesrelatie had gehad
met Bruinsma. Ook mensen uit de omgeving van Bruinsma, zoals Geurt Roos, een andere voormalige lijfwacht van
Bruinsma, evenals de ex-vrouw van Bruinsma en collega-zeiler Jochem Visser, steunden de lezing van Wisse Smit.
Op 9 oktober verscheen, als protest tegen de negatieve media-aandacht en op initiatief van voormalig
Eurocommissaris Emma Bonino, in de Volkskrant een open brief, waarin elf buitenlandse vrienden van Wisse Smit,
onder wie Bernard Kouchner (voormalig VN-gezant voor Kosovo) en haar werkgever George Soros,
het voor haar opnamen.
Op 10 oktober 2003 maakte premier Jan Peter Balkenende bekend dat de regering geen toestemmingswet
voor het voorgenomen huwelijk zou indienen bij de Staten-Generaal. Deze toestemmingswet was nodig om
Johan Friso's recht op troonopvolging te behouden. Voor de Nederlandse monarchie was dit een unieke uitkomst:
nog niet eerder werd een verzoek tot indienen van een toestemmingswet door de regering ingetrokken.
Nu moest prins Johan Friso kiezen tussen zijn aanstaande echtgenote en het recht op troonopvolging.
Hij koos voor het huwelijk. Prins Johan Friso maakt sinds de huwelijksdatum geen deel meer uit van het
Koninklijk Huis, maar nog wel van de Koninklijke Familie. Johan Friso en Mabel hebben tijdens een televisie-
interview echter duidelijk aangegeven dat zij beschikbaar blijven om Koningin Beatrix en na haar abdicatie ook
Willem-Alexander en Máxima, te ondersteunen in hun representatieve taken.
Niet Wisse Smit's vermeende liefdesrelatie met Klaas Bruinsma maakte parlementaire toestemming onmogelijk,
maar het feit dat het paar, in de woorden van premier Balkenende, "onvolledige en onjuiste" informatie aan hem
had verstrekt over de duur en de aard van de relatie. Tot driemaal toe had Wisse Smit aan de premier verklaard
dat ze Klaas Bruinsma slechts een enkele maal via het zeilen had ontmoet en dat ze de contacten had verbroken
zodra ze had vernomen dat Bruinsma in de onderwereld actief was.
Later gaf ze tegenover de premier toe dat de contacten met Klaas Bruinsma langer hadden geduurd en intensiever waren geweest. Zij ontkende nog steeds
een liefdesrelatie met hem te hebben gehad. In een brief van Johan Friso aan de premier van 9 oktober 2003 gaf het paar toe "naïef en onvolledig" te zijn
geweest en bood het hiervoor hun verontschuldigingen aan aan de koningin, de premier en de regering. Daarnaast benadrukten zij dat het de waarheid was
dat er tussen Bruinsma en Wisse Smit noch zakelijke contacten waren, noch sprake was geweest van een liefdesrelatie. Bovendien was het haar volgens de
brief "pas na zijn dood in volle omvang duidelijk geworden met welke praktijken de heer Bruinsma zich werkelijk bezighield".
Wisse Smit had Friso in het najaar van 2000 verteld over haar relatie met Bruinsma, maar omdat ze nooit bij diens criminele activiteiten betrokken
was geweest, zag de Prins hierin geen beletsel om met haar te trouwen.


Developed and powered by: Henri, Webmaster.
Bronvermelding